Bekijk de grafiek.
 

Evelyn werkt in een supermarkt.
In de grafiek zie je het verband tussen het `"aantal uur"` dat Evelyn werkt en haar `"verdiensten"`.

Wat klopt?

Een leraar gebruikt bij het berekenen van de `"cijfers"` voor een proefwerk de volgende tabel:

In de tabel is:

• `"p het aantal punten"` dat een leerling heeft gehaald en
• `"c"` het bijbehorende `"cijfer"`.

Bekijk de drie formules hieronder. 

I    `"c"` = (`"p"` + `1`) : `5`

II   `"c"` = (`"p"` + `5`)  : `5`

III  `"c"` = `"p"` : `5` + `1`

Welke formule(s) past/passen bij de tabel?

Teken een assenstelsel. Zet bij de horizontale as de variabele `"g"` en bij de verticale as de variabele `"u"`.

Teken in het assenstelsel de punten `"A"`(`2,5`) en `"B"`(`6, 3`).
Teken een rechte lijn door de punten `"A"` en `"B"`.

De rechte lijn past bij een lineair verband tussen `"g"` en `"u"`

Welke formule past bij dit verband? 

Twee verschillende taxibedrijven gebruiken verschillende formules voor het berekenen van de `"ritprijs"`:

I   `"ritprijs"` = `2` · `"afstand"` + `6`

II  `"ritprijs"` = `2","5` · `"afstand"` + `2","5`

Bij welke `"afstand"` zijn beide bedrijven even duur?