In een assenstelsel met drie assen is piramide `"OABC"`·`"T"` getekend.
`"OA"` `= 4` en `"OC"` `= 4`.
`"S"` is het snijpunt van `"OB"` en `"AC"`. `"ST"` `= 4`.
Punt `"B"` heeft als coördinaten `"B"`(`4`, `4`, `0`)
a Schrijf de coördinaten van punt `"T"` op. `"T"`(
)
b Punt `"R"` ligt op het midden van ribbe `"CT"`. Geef de coördinaten van punt `"R"`. `"R"`(
)