{Score}/{MaxScore}

Eencellig en veelcellig
Organismen kunnen groeien door meer cellen te maken of door de cellen groter te maken. Dat laatste komt in de natuur niet veel voor. Je kunt cellen ook bijna nooit met het blote oog zien.
Plantencellen kunnen wel tijdelijk wat groter worden als ze veel water opnemen. De cellen knappen niet door de wateropname. Ze worden juist stevig en ze strekken zich uit (celstrekking). Je kunt het vergelijken met een fietsband die je oppompt.
Zo kunnen de knoppen van planten heel snel uitlopen en paddestoelen de grond uit schieten.

Opdracht 1 Groeien door wateropname
Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen.

 

 

Cellen

Celstrekking komt alleen bij plantaardige cellen voor en niet bij dierlijke cellen.
Bedenk daarvoor twee oorzaken (tip: wat zijn de verschillen tussen de twee typen cellen?)

Cellen

Hoe kan je aan een plant zien als de cellen water verliezen?

Paddestoelen

Zou bij het ‘uit de grond schieten’ van paddenstoelen wateropname ook een rol kunnen spelen? Leg je antwoord uit.
Lees hiervoor eerst een stukje uit de Kennisbank.

Kennisbank Cellen van schimmels
Eencelligen zijn nooit erg groot. Het pantoffeldiertje (ongeveer 0,3 mm) is één van de grootste eencellige organismen. De diertjes vermenigvuldigen zich door celdeling.

Opdracht 2
Celdeling

Bekijk het filmpje, lees de kennisbank.

Kennisbank  Cellen en weefsel

Beantwoord daarna de vragen.

Cellen

Zet de zinnen in de juiste volgorde.

de cel snoert in

er ontstaat een nieuwe membraan

de cel deelt zich

cytoplasma groeit

DNA wordt verdubbeld

kernen delen zich

kernen gaan naar de uiteinde van de cel

Grote en kleine cellen
De meeste organismen zijn veelcellig. Het menselijk lichaam bestaat uit ongeveer 100.000 miljard cellen. De grootste menselijke cel is de eicel (0,2 mm ). De zaadcel is de kleinste (0,005 mm).

Al die cellen zijn door celdeling ontstaan uit één cel, de bevruchte eicel.


 


Opdracht 3 Groeien door celdeling
Bekijk het filmpje en beantwoord daarna de vraag.

Celdeling

Waardoor veroudert een lichaam?

Opdracht 4 
Verschillen tussen cellen

De cellen van een veelcellig organisme zijn niet allemaal hetzelfde. Ze hebben verschillende taken gekregen en een vorm die bij hun taak past.


Lees de kennisbank en beantwoord daarna de vraag.

Kennisbank  Cellen en weefsel

Verschillen

Maak de juiste combinaties.

   vorm functie
rode bloedcel     
spiercel   
steunweefsel     
zenuwweefsel     
dekweefsel     
Ook bij planten kun je verschillende weefsels onderscheiden. Je hebt er al enkele onder de microscoop gezien.


Als je een plantenstengel doorsnijdt, zie je weefsels die geschikt zijn om stoffen te vervoeren en weefsels die stevigheid geven. Andere weefsels dienen als opvulling of om de stengel naar buiten toe af te dekken.


Opdracht 5 Weefsels van de stengel

Kun jij de weefsels herkennen in een doorsnede van een stengel?
Sleep de namen van de weefsels op de juiste plaats.


Doorsnede van een stengel van de zonnebloem.

Opdracht 6
Plantenweefsels

Bestudeer de kennisbank en beantwoord de vragen.

Kennisbank  Plantenweefsel

De plant

Je ziet zes onderdelen van de plant.
In welke onderdelen komt veel groeiweefsel voor?

Meerdere antwoorden mogelijk.

Steunweefsel

Juist of onjuist?

Steunweefsel komt alleen voor in de stengel.

Groeiweefsel

Juist of onjuist?

Groeiweefsel komt alleen voor in zaden.

Vulweefsel

Juist of onjuist?

Alle groene planten bevatten vulweefsel met bladgroen.

Sluitcellen

Juist of onjuist?

Als de sluitcellen dicht zijn, kan er geen zuurstof uit een blad komen.

v1.12.0.0 Copyright © 2025 VO-next