{Score}/{MaxScore}

Van kosten tot winst

De examenklas van mevrouw Barack maakt een opdracht over het berekenen van:

  • bedrijfskosten
  • afzet en omzet
  • winst en verlies
  • btw.

Mevrouw Barack vertelt dat elk winkelbedrijf te maken heeft met bedrijfskosten.

Geef van de volgende voorbeelden aan of ze wel of niet horen bij de bedrijfskosten van een winkelbedrijf.

  • huisvestingskosten  
  • inkoopwaarde van de omzet  
  • lonen  

Mevrouw Barack schrijft een aantal zinnen over een winkelbedrijf op het bord.

Maak van onderstaande zinnen een economisch juiste tekst door de juiste woorden te kiezen.

  • De verkoop in eenheden vermenigvuldigd met de verkoopprijs  btw is de  .
  • De nettowinst ontstaat door de  te verminderen met alle bedrijfskosten.

Nu komt mevrouw Barack met een rekenopgave over een winkelbedrijf.

De volgende informatie is bekend:

omschrijvingbedrag
bedrijfskosten€ 2.250
inkoopwaarde van de omzet€ 41.500
omzet€ 45.000

Bereken de brutowinst.

Een leerling vraagt: “Wat betekent de afkorting btw ook alweer?”

Welk antwoord is juist?

De rekenopgave over de bedrijfskosten van het winkelbedrijf gaat verder.

Het bedrijf heeft een schilder ingehuurd.
De rekening van het schilderwerk bedroeg € 1.815 inclusief 21% btw.

Bereken hoeveel euro het schilderwerk kostte exclusief btw.
Schrijf je berekening op.

v1.12.0.0 Copyright © 2024 VO-next