{Score}/{MaxScore}

Stap 2: Selectie, kruisen en veredelen

Selectie, kruisen en veredelen
De voorouders van de aardappel komen oorspronkelijk uit Bolivia. Duizenden jaren lang is er gekweekt met de voorouders tot de huidige aardappelrassen zijn ontstaan. Tegenwoordig worden stukjes DNA in aardappelplanten geplaatst om ze te beschermen tegen ziekten. Dat heet genetische modificatie.

Lees de tekst. Maak daarna de oefening. 

Aardappelplant
Genetische modificatie van de aardappelcel gebeurt met bacteriën. Er worden goede genen uit de voorouders van de huidige aardappelrassen geïsoleerd. Deze goede genen worden in een bacterie ingebracht. Vervolgens komen de goede genen in de aardappelcel.
De aardappelcel groeit op tot een aardappelplant.
Alle cellen van de aardappelplant hebben de goede genen.
Door de goede genen krijgen bepaalde ziekten geen kans meer om de aardappel te besmetten.
De aardappelplanten zijn resistent.
Er hoeft daardoor minder met bestrijdingsmiddelen te worden gespoten om de ziekten te bestrijden.

 

Er zijn voorouders van onze huidige aardappel die beter bestand zijn tegen ziekten dan onze huidige aardappel.

Genetische modificatie zorgt ervoor dat er meer bestrijdingsmiddelen worden gebruikt.

Een aardappelplant wordt beschermd tegen de ziekten door hem te behandelen met een bacterie.

Aardappeltelers met genetisch gemodificeerde aardappelplanten zijn minder geld kwijt aan bestrijdingsmiddelen.

Aardappelplanten die gemodificeerd zijn, lijken wat betreft hun DNA meer op hun voorouders dan onze huidige aardappelplanten.

Als één bacterie het juiste gen heeft, hebben al zijn nakomelingen dat ook.

Planten die niet ziek worden van bepaalde ziekteverwekkers noem je resistent.

v1.12.0.0 Copyright © 2025 VO-next