Hoe ging het?Vul de evaluatie in.
Geef van de volgende stellingen aan of je het er mee eens bent.
1 = helemaal niet mee eens2 = niet mee eens3 = mee eens4 = helemaal mee eens
Je kunt in berekeningen afronden en je kunt de rekenregels gebruiken.
Je kunt verhoudingen herkennen en rekenen met de verhoudingstabel.
Je kunt rekenen met procenten.
Je kunt rekenen met gangbare maten in alledaagse situaties.
Je kunt rekenen met grote en kleine getallen.
Geef hieronder aan welke onderdelen bij het afdrukken of exporteren meegenomen dienen te worden.