Directe en indirecte ruil
Je kunt (met behulp van een voorbeeld)duidelijk maken wat het verschil is tussen directe ruil en indirecte ruil en kunt uitleggen dat geld het ruilproces soepeler laat lopen.

Functies geld
Je kunt (met voorbeelden) drie functies van geld noemen: ruilmiddel, spaarmiddel en rekenmiddel.

Chartaal en giraal
Je kunt (met een voorbeeld) uitleggen wat het verschil is tussen chartaal en giraal geld.

Arbeidsverdeling en specialisatie
Je kunt omschrijven wat bedoeld wordt met specialiseren en met arbeidsverdeling en uitleggen hoe geld een rol speelt bij specialiseren.