Lichtstralen en schaduw
Licht kan niet door voorwerpen heen. De schaduw is de plaats waar het licht niet kan komen.

Opdracht 1 Lichtstralen
Bestudeer de Kennisbank blz 1, 2, 3, 5 en 6.

Kennisbank  Licht

Maak de volgende vragen.

1

In de volgende tekst ontbreken enkele woorden. Maak de zinnen compleet.

Een  straalt licht uit. Voorwerpen die door de lichtbron verlicht worden kun je zien, omdat ze het licht
Omdat lichtstralen altijd gaan, kan het licht op sommige plaatsen niet komen. 
Waar het licht niet kan komen, heb je .

2

Waar of niet waar?
Een ster is een natuurlijke lichtbron.

3

Waar of niet waar?
Een schemerlamp is een kunstmatige lichtbron.

4

Waar of niet waar?
De zon is een directe lichtbron.

5

Waar of niet waar?
De maan is een indirecte lichtbron.

6

Als het mistig is, kun je de lichtbundels van een auto goed zien.
Bij helder weer kan dat niet. Hoe komt dit?


Opdracht 2
Kijklijnen

1

Voor het maken van de vraag heb je het Werkblad Licht nodig.

Een kijklijn is de lijn waarlangs je kijkt. Kijklijnen lopen altijd rechtdoor.
De twee kijklijnen vormen samen een hoek. Die hoek noem je de kijkhoek

Bekijk de afbeelding. Je kijkt door een gat in de muur.

  1. Met kijklijnen kun je aangeven wat je achter de muur kunt zien. Teken de kijklijnen in de afbeelding op het werkblad.

  2. Vul 'minder' of 'meer' in: 
    Hoe verder je van de muur af staat, hoe je achter de muur kunt zien.

  3. Hoe groot is de kijkhoek? Meet hem op je werkblad.
    °.

  4. Vul 'groter' of 'kleiner' in: 
    Hoe verder je van de muur af staat, hoe de kijkhoek.



2

Voor het maken van de vraag heb je het Werkblad Licht nodig.

Bekijk de plattegrond. Je ziet de figuur ook op het werkblad.

  1. Je zit in de luie stoel. Gebruik een liniaal en je werkblad om uit te zoeken welke voorwerpen in de tuin je kunt zien.
    en 

  2. Zoek ook uit welke voorwerpen je kunt zien als je achter je bureau zit.
    en 

  3. Je zit achter in je luie stoel. 
    Hoe groot is de kijkhoek als je door het raam kijkt?
    Kijkhoek is ongeveer  °.

 


Opdracht 3
Schaduwen

In een ruimte zonder ramen bevindt zich een klein lampje op een paar meter afstand van een witte muur. Je staat precies in het midden tussen het lampje en de muur.

1

Wordt jouw schaduw groter of kleiner als je naar het lampje toeloopt?

2

Wordt jouw schaduw groter of kleiner als het lampje verder van de muur wordt gehouden?

3

Er hangt een TL-lamp boven de tafel.
Een muis loopt over de vloer van uiterst links naar uiterst rechts. Beschrijf hoe de muis het licht op de vloer ziet veranderen.
Teken op je werkblad 2 Licht de schaduw op de grond.

Hier kun je je tekening inleveren bij de docent.

Bladeren