Balts
Bij dieren die zich geslachtelijk voortplanten moeten de zaadcellen en eicellen bij elkaar gebracht worden. Veel waterdieren lozen hun eicellen en zaadcellen in het water. De kans op bevruchting is dan natuurlijk niet zo groot.
Bij veel dieren komt dan ook een paring voor: de zaadcellen worden in het lichaam van het vrouwtje gebracht. De vrouwtjes moeten dan wel “veroverd” worden. Dat is meteen een goede selectie: alleen de sterkte mannetjes krijgen nakomelingen.
In het voorjaar jagen mannetjes achter vrouwtjes aan om met ze te paren.
Of ze maken zich druk door heel hard te zingen of te dansen.
Dat gedrag noem je de balts.
Veel vogelsoorten zijn ook bezig met het bouwen van een nest.
De balts en het nestgedrag geven aan dat de vogels zich willen voortplanten.
Een mierenkolonie bestaat meestal alleen uit vrouwtjes.
Tijdens de voortplantingsperiode maakt de koningin echter ook mannetjes.
De koningin en de mannetjes hebben als enige vleugels. Ze maken samen een bruidsvlucht
als voorbereiding op de paring.