Naamgeving hoeken

Als er bij een punt meerdere hoeken zijn, gebruik je meestal cijfertjes om de hoeken van elkaar te onderscheiden.

In parallellogram ABCD is diagonaal AC getekend.
De diagonaal deelt ∠A in twee stukken.
Met behulp van cijfers wordt aangegeven welke hoek je bedoelt.
Er geldt: ∠A = ∠A1 + ∠A2 = ∠A12

Je kunt een hoek ook met drie letters aangeven.
In plaats van ∠A1 schrijf je dan ∠BAC
De middelste letter staat bij het hoekpunt.
Dus in plaats van ∠A2 schrijf je dan ∠DAC of ∠CAD